Gokken met energie is link. Waarom dat gokken dan niet tegengaan?

9 december 2021 · Trouw · Koos Schwartz

De snel stijgende prijzen voor energie zorgen voor problemen bij de kleine leveranciers. Nu weer bij Sepa Green Energy. Er is wel een oplossing: stop met vaste tarieven. Laat de burger per maand betalen wat energie kost.

Dat was even schrikken. Plots gingen er een paar energiebedrijfjes onderuit. Toegegeven, Welkom Energie was met zo’n 90.000 klanten geen grote partij; Anode, Allure en Enstroga waren nog veel kleiner. Maar toch. En dan sneefde er woensdag weer een: Sepa Green Energy met 20.000 klanten.

Op Allure Energie na is de oorzaak van de faillissementen steeds dezelfde. De bedrijfjes werden verrast door de sterk stijgende prijzen voor stroom en gas. Ze hadden gehoopt goedkoop stroom en gas te kunnen inkopen en daarmee hun klanten te voorzien. Op zich geen slecht idee. Doorgaans zijn de prijzen op de spotmarkt lager dan de prijzen voor energiecontracten voor de langere termijn. Wie laat inkoopt, heeft meestal voordeel. Zie daar het verdienmodel van de bedrijfjes.

Maar het idee pakt slecht uit als de prijzen voor stroom en gas opeens de lucht in schieten, zoals de laatste maanden. Dan moeten bedrijven energie inkopen voor bedragen die veel hoger liggen dan de tarieven die zij hun klanten hebben beloofd. Wie die hoge inkoopprijzen niet kan betalen, of wie geen financiële buffers heeft om die tegenvallers op te vangen, zoals de grote energiebedrijven wel hebben, is in last.

Grote risico's

Thomas Hulshof, die twintig jaar voor energiebedrijf Eneco werkte en vorig jaar Frank Energie oprichtte, wil niet ingaan op de vraag of de failliete bedrijven hebben gegokt en verloren: “Ik weet niet precies wat daar is gebeurd.” Maar dat energiebedrijven in het huidige systeem kúnnen gokken (en dus verliezen), staat voor hem vast. Dat betekent risico’s, voor de gokkers en voor hun klanten.

Het probleem zit volgens Hulshof in de vaste prijzen voor energiecontracten. Op zich zijn die vaste prijzen niet onlogisch. Ze hoorden bij een tijd waarin de meterstand een keer per jaar werd opgenomen of gecontroleerd. Op basis van die meterstanden werd het jaarverbruik geschat en kregen klanten hun maandelijkse rekening: een vast bedrag. Dan wist de klant ook waar ie aan toe was.

Dat vaste bedrag maskeerde wel iets. In de winter is het gasverbruik veel hoger dan in de zomer. In de zomer betalen de klanten meer dan ze aan energie verbruiken, in de winter minder. Hulshof: “Als energiebedrijfjes failliet gaan, is dat altijd voor of tijdens de winter. Maar hun klanten hebben in de zomer wel hun vaste tarief betaald. Het ‘winterse’ deel van dat tarief zijn ze kwijt als zo’n bedrijf failliet gaat.”

Dure voorraden

Hulshof ziet nog een nadeel aan het huidige systeem. De verwachting is dat de energieprijzen gaan dalen. Dan kunnen consumenten en masse op zoek gaan naar goedkope aanbiedingen. Energiebedrijven die duur energie hebben ingekocht, zitten dan met voorraden die ze niet kwijt kunnen en dus tegen lage prijzen moeten verkopen. Weer een risico.

De oplossing? Stop met die vaste tarieven, zegt Hulshof. Hij opteert voor een systeem dat naar zijn zeggen in Scandinavië al gangbaar is. De consument betaalt per maand voor zijn werkelijke gebruik. Hij betaalt dan prijs waarvoor de stroom of het gas op de groothandelsbeurs is ingekocht, plus de kosten van en een kleine marge voor het energiebedrijf. Zo’n maandelijkse ‘dynamische’ rekening is nu ook mogelijk: het gros van de huizen heeft immers slimme meters die continu het energieverbruik weergeven.

Nadeel: de maandelijkse prijs kan flink variëren. In de winter betalen consumenten beduidend meer dan in de zomer. De voordelen, volgens Hulshof: het is uit met het gegok; de schade bij een faillissement is kleiner. En, zegt Hulshof, de kans is heel groot dat de consument over een jaar genomen goedkoper is uit dan bij vaste prijzen.

Het loont om goedkope energie te verbruiken

En er is nog een voordeel, schetst hij: bij die dynamische prijzen gaat het lonen om energie te verbruiken als dat goedkoop is, en dat te laten als het duur is. Dan kan, bijvoorbeeld, de wasmachine draaien als er veel aanbod van groene energie is (en energie goedkoop is) en kan het opladen van de e-auto worden uitgesteld tijdens piekuren als de stroom juist duur is. Zo wordt het net tijdens die piekuren ontlast.

Dat de werkwijze die hij bepleit voor energiebedrijven niet spannend is, erkent Hulshof. Ze zijn dan immers niet meer dan een doorgeefluik voor energie en kunnen hoge winstmarges wel vergeten. Maar volgens Hulshof is de consument erbij gebaat.

Ik wil ook energie van Frank